4.1 Afschaffing middeling inkomen box 1
De laatste jaren waarover u nog kunt middelen, zijn de aangiftejaren 2022, 2023 en 2024. Dit stond al in het Belastingplan 2023. Bij toepassing van de middelingsregeling telt u het inkomen uit box 1 van drie aaneengesloten kalenderjaren bij elkaar op en deelt u dit door drie. Daarna berekent u hoeveel belasting u in elk jaar over dit berekende gemiddelde inkomen moet betalen. U vergelijkt dit met de daadwerkelijk door u betaalde belasting over die drie jaren. Is dat verschil meer dan € 545? Dan kunt u belasting terugvragen.
Let op!
Houd wel de termijn in de gaten. Een verzoek om middeling moet binnen 36 maanden ingediend worden nadat alle definitieve aanslagen van de kalenderjaren die u wilt middelen onherroepelijk vaststaan.
4.2 Afschaffen Inkomensafhankelijke combinatiekorting per 2025
De Inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK) is een heffingskorting voor alleenstaande ouders of de minstverdienende partners die werk en zorg voor jonge kinderen combineren. Per 1 januari 2025 wordt deze heffingskorting afgeschaft, behalve voor ouders met (één of meer) kinderen die voor 1 januari 2025 zijn geboren.
4.3 Einde betalingskorting inkomstenbelasting
De betalingskorting voor de voorlopige aanslag in de inkomstenbelasting wordt per 2024 afgeschaft.
4.4 Vrijstelling leefvervoer UWV nu zonder maximum
De gemeente is in principe op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning (WMO) verantwoordelijk voor vervoersvoorzieningen die nodig zijn voor het dagelijks leven. Dit wordt ook wel ‘leefvervoer’ genoemd. Denk hierbij aan vervoer per regio- of rolstoeltaxi, aanpassing van een auto, een scootmobiel of een auto in bruikleen. Het gaat hierbij dus niet om vervoer van en naar werk of school.
De verstrekking van leefvervoer op basis van de WMO is vrijgesteld van inkomstenbelasting. Voor de verstrekking van leefvervoer via het UWV geldt geen wettelijke vrijstelling in de inkomstenbelasting. Via een besluit is dit voor maximaal 2.000 kilometer geregeld. De vrijstelling voor het leefvervoer via het UWV wordt nu ook in de wet opgenomen.
4.5 Geen revisierente bij afkoop lijfrente bij arbeidsongeschiktheid
Het is toegestaan om bij langdurige arbeidsongeschiktheid een lijfrente af te kopen zonder dat u hierover revisierente (standaard 20%) verschuldigd bent. Hiervoor is een maximumbedrag gesteld. Gaat u over dat maximumbedrag heen? Dan bent u over het gehele bedrag revisierente verschuldigd.
In de praktijk blijkt deze benadering hard uit te pakken. In een beleidsbesluit is daarom bepaald dat alleen revisierente is verschuldigd over het bedrag waarmee de afkoopgrens wordt overschreden. Dit wordt nu ook in de wet vastgelegd.
4.6 Aanpassing lucratief-belangregeling
De lucratief-belangregeling wordt naar aanleiding van een arrest van de Hoge Raad aangepast. Dit arrest heeft betrekking op de economische vergelijkbaarheid van vermogensrechten met achtergestelde soortaandelen. De Hoge Raad oordeelde dat aangesloten moet worden bij de kapitaalseis, waarbij de achtergestelde soortaandelen minder dan 10% van het geplaatste aandelenkapitaal vertegenwoordigen. Met terugwerkende kracht tot 26 juni 2023 telt voor de beoordeling of sprake is van een lucratief belang ook het volgende mee: een lening die niet kwalificeert als informeel kapitaal.
Om de armoede onder personen en kinderen tegen te gaan, wordt het kindgebonden budget verhoogd. Ouders ontvangen met het kindgebonden budget een tegemoetkoming in de kosten van kinderen. De hoogte van de tegemoetkoming hangt onder andere af van het aantal kinderen, hun leeftijd en de hoogte van het inkomen en vermogen.
De maximale verhoging van het kindgebonden budget bedraagt € 750 voor het eerste kind, € 883 voor het tweede en volgende kind. Voor kinderen tussen 12 en 17 jaar is de verhoging € 400.