9.1 Wet toekomst pensioen definitief
De Wet toekomst pensioenen is op 30 mei 2023 definitief geworden. De Eerste Kamer stemde met grote meerderheid voor. De wet gaat per 1 juli 2023 in, maar er geldt wel een overgangsregime voor bestaande pensioenregelingen tot 2028 (dat was in het wetsvoorstel eerst nog 2027).
De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van het huidige pensioenstelsel:
Uiteraard moet de hele pensioentransitie goed vastgelegd worden door middel van een transitieplan (waarin alle keuzes en gevolgen worden uitgelegd), een communicatieplan en een compensatieplan. Daarmee moeten zowel interne als externe toezichthouders instemmen. Het individuele bezwaarrecht van artikel 85 Pensioenwet is tijdelijk buiten werking gesteld. Nu kan een individuele werknemer bezwaar maken bij een collectieve waardeoverdracht. Om te bewerkstelligen dat iedereen overgaat naar het nieuwe systeem, is besloten dat hiertegen geen bezwaar mogelijk is.
Let op!
Als blijkt dat de transitie niet per 2028 lukt, kan de termijn verlengd worden met een jaar voor individuele pensioenfondsen. De Nederlandsche Bank als toezichthouder geef hiervoor dan toestemming. Mocht blijken dat het voor heel veel uitvoerders geldt, dan kan er uiteraard een generaal pardon komen vanuit de wetgever.
9.2 Opname ineens van 10% pensioen opnieuw uitgesteld
De mogelijkheid voor werknemers om 10% van hun pensioen ineens op te nemen, wordt opnieuw uitgesteld. Minister Schouten heeft laten weten dat de ingangsdatum op zijn vroegst 1 januari 2025 wordt.
Voorwaarden uitbetalen
In het wetsvoorstel waar dit geregeld wordt, is opgenomen dat u op de dag dat het pensioen ingaat ineens een bedrag van maximaal 10% van het pensioen kunt opnemen. Dit bedrag mag u vrijelijk besteden.
U kunt er echter ook voor kiezen om de 10% pensioen op een later moment uit te laten betalen. Echter, dit kan alleen als uw pensioeningangsdatum in de maand ligt waarin u de AOW-leeftijd bereikt of als de pensioeningangsdatum op de eerste dag volgend op die maand ligt.
Weer uitstel
De mogelijkheid om 10% van het pensioen ineens op te nemen, zou oorspronkelijk op 1 januari 2023 ingaan. Deze ingangsdatum is al diverse keren uitgesteld. Tot voor kort werd ervan uitgegaan dat deze datum 1 juli 2024 zou zijn, maar er volgt dus opnieuw uitstel voor minstens zes maanden. Of deze nieuwe ingangsdatum gehaald wordt, is afhankelijk van de snelheid waarmee de Tweede en Eerste Kamer het wetsvoorstel afhandelen.
Geen combinatie hoog-laag pensioen
Veel pensioenregelingen bieden nu al de mogelijkheid om eerst een hoger pensioen te ontvangen en daarna een lager, of omgekeerd. De pensioenuitkeringen mogen onderling dan maximaal 25% in omvang verschillen. Het is echter niet mogelijk dit te combineren met het ineens opnemen van 10% op de pensioendatum.
Tip!
Overweegt u om in 2025 gebruik te maken van de mogelijkheid om uw pensioen ineens uit te laten betalen? Overleg dan met een van onze adviseurs wat de eventuele (fiscale) gevolgen zijn in uw specifieke situatie.
9.3 Is persoonlijk pensioenadvies belast?
Met de inwerkingtreding van de nieuwe Pensioenwet per 1 juli 2023 zijn pensioenuitvoerders verplicht om de deelnemers te begeleiden bij de keuze van hun pensioen. Als de werkgever daarnaast zijn werknemers de kosten van persoonlijk pensioenadvies vergoedt, is dit dan belast?
Verplichte begeleiding
Verplichte begeleiding betekent dat de pensioenuitvoerder ervoor zorgt dat de werknemer, binnen de pensioenregeling, in staat is een passende keuze te maken. Verplichte begeleiding is beperkt en betekent niet dat inzicht gegeven moet worden in andere pensioenregelingen of dat geadviseerd moet worden inzake de effecten op onder meer toeslagen en belastingen.
Aanvullend advies belast?
De Belastingdienst heeft bekendgemaakt van mening te zijn dat aanvullend persoonlijk pensioenadvies belast loon vormt als de werkgever de kosten van een dergelijk advies voor zijn rekening neemt. De werknemer zou de kosten anders zelf moeten dragen en geniet dan ook een voordeel dat niet is vrijgesteld. Het kan onder de geldende voorwaarden wel in de werkkostenregeling worden ondergebracht.
Geen algemene voorlichting
Kosten in verband met afspraken die de werkgever collectief maakt over de arbeidsvoorwaarden, zoals voorlichting over de eigen pensioenregeling, behoren tot de zuivere werkgeverskosten. Dergelijke kosten vormen geen loon en zijn dus onbelast voor de werknemer.